Faculteitsraad 24 mei: financiën, LifeLong Learning en verkiezingsuitslag

Door Annemieke Hoogenboom

Zoals gewoonlijk waaide in de faculteitsraadsvergadering van mei een zomerse wind door de grote open ramen van de Sweelinckzaal naar binnen, en werd het er nog sneller warm dan tijdens de voorgaande afleveringen. Maar die zonnige atmosfeer kon de bezorgdheid over de mogelijke gevolgen van het rapport van de commissie Van Rijn niet helemaal verdrijven. De decaan zei te verwachten dat de daarin aangekondigde verschuiving van financiële middelen naar bèta en techniek voor de Universiteit Utrecht niet tot grote veranderingen zal leiden. De UU heeft immers een relatief grote faculteit bètawetenschap. En ook binnen de UU dreigen er volgens hem geen grote veranderingen ten nadele van de alfa- en gammafaculteiten omdat het College van Bestuur herhaaldelijk heeft gezegd de breedte van de UU in het algemeen en die van de faculteiten in het bijzonder te willen behouden.

Maar wij herinneren ons allemaal nog goed genoeg hoe een jaar geleden de gesprekken in de faculteitsraad en de departementen werden beheerst door de bezuinigingen die toen vorm moesten krijgen, en hoe schraal de budgetten waren die we moesten verdelen. Soms lijkt het alsof de storm over die bezuinigingen is gaan liggen. Het extra budget dat naar ons toekomt in de vorm van de kwaliteitsgelden (beschikbaar door de afschaffing van de basisbeurs) verzacht op sommige punten de pijn. Vicedecaan Peter Schrijver kon ook melden dat er een oplossing gevonden is voor een van de knelpunten in die bezuinigingen, namelijk de effecten van het verminderen van de contacturen in de interdisciplinaire minoren voor de opleiding Liberal Arts and Sciences. Voor sommige studenten LAS zijn juist die minoren een belangrijk deel van hun studie. Daarom krijgen sommige cursussen alsnog extra uren.

Maar aan de andere kant wordt pas in 2019-2020 duidelijk of de bezuinigingen waarover we vorig jaar discussieerden gebaseerd waren op realistische aannames.

Kwartaalrapportage Financiën

Het bezuinigingsspook is dus niet ver weg. Daardoor ontspon zich een langdurige discussie rond de notitie met informatie over de kwaliteitsgelden in samenhang met de rapportage over de financiën in het eerste kwartaal van 2019 (in jargon: Q1). Door tegenvallers in de bezuinigingsmaatregelen van vorig jaar moest in een van de departementen bij sommige cursussen de uitbreiding van het aantal dcu’s met de kwaliteitsgelden kleiner blijven dan bij andere vakken en dan gehoopt. Dat is in principe een beslissing die geheel binnen de  verantwoordelijkheid van het departement valt, aldus het bestuur. Maar het bestuur doet in de analyse van Q1 wel degelijk allerlei uitspraken over de financiële ontwikkelingen binnen de departementen, en legt die uitspraken aan de raad ter bespreking voor.

De raad moest in die bespreking lang doorvragen om de gewenste informatie boven tafel te krijgen, vooral over de cijfers in Q1 die bij de raad zorgen oproepen over de mogelijkheden van de departementen om hun financiën ook op langere termijn gezond te houden. Frank Jan van Dijk, die tot september interim-directeur bedrijfsvoering van de faculteit is, meende dat we ons pas zorgen hoeven te maken als de cijfers er over een half jaar nog steeds zo uitzien. De toelichting van Wilko van Heusden, hoofd financiën en control, maakte eens te meer duidelijk hoe lastig het is dit soort cijfers te duiden. Zijn bij uitstek technische en gedetailleerde uitleg (‘Een verslechtering van de begroting is de uitkomst van 30 plusjes en 28 minnetjes’) illustreerde dat simpele keuzes niet bestaan. Maar dat neemt niet weg dat wij er vanuit een raadspositie wel wat over moeten zeggen.

Volgende maand zullen we bij de bespreking van de conceptbegroting 2019-2020 nog scherper dan anders de kansen en risico’s tussen de cijfers door moeten lezen.

LifeLong Learning

Het faculteitsbestuur legde ook een notitie ter bespreking voor over LifeLong Learning. Sinds 2018 heeft de UU projecten op dit gebied, dus in het verzorgen van onderwijs aan professionals. Vanuit geesteswetenschappen zijn er drie van dergelijke projecten in gang gezet. In de notitie onderstreept het bestuur het belang van de doelgroep, maar kiest voor terughoudendheid bij het ontwikkelen van nieuwe initiatieven. Die terughoudendheid wordt ingegeven door de alomtegenwoordige werkdruk en de beperkte financiële middelen. Er is weliswaar UU-financiering speciaal voor LLL, maar die wordt alleen verstrekt als de departementen evenredig geld bijleggen.

Zeker het argument van de werkdruk wordt door de raad van harte gedeeld, maar als voor individuele opleidingen het onderwijs aan professionals specifieke mogelijkheden biedt zou het faculteitsbestuur dat moeten willen steunen. Het bestuur verzekerde klaar te staan voor nieuwe initiatieven zodra er geld voor is. Ook is het bestuur in gesprek met Communicatie & Marketing om het al bestaande aanbod beter zichtbaar te maken.

Wat verder ter tafel kwam:

• De copyrightproblematiek (plaatjes op Blackboard) blijkt verre van opgelost te zijn. Het bestuur ziet nu ook ook dat de richtlijnen voor docenten onwerkbaar zijn.
• De studentgeleding constateerde dat het voor de studenten van geesteswetenschappen onaantrekkelijk is om de activiteiten van het SkillsLab te bezoeken als die in de Uithof zijn. Vicedecaan Peter Schrijver neemt dat idee mee naar het overleg met het SkillsLab.
• De faculteitsraad zou graag duidelijkheid krijgen over de huisvestingsplannen. Frank Jan van Dijk noemde dat een zaak die ‘voortdurend in beweging is’, ‘gecompliceerd door een overvloed aan wensen’, en dus nog niet klaar voor concrete plannen. Maar de raad probeert het onderwerp zo snel mogelijk daadwerkelijk op de agenda te krijgen.

Uitslag verkiezingen van de nieuwe faculteitsraad

Aansluitend aan de vergadering werd de uitslag van de verkiezingen voor de faculteitsraad van 2019-2020 bekend gemaakt. Hoewel de opkomst traditiegetrouw weinig reden geeft voor een feestje (studenten 24 %, personeel 34 %), was er genoeg animo voor actieve medezeggenschap en zullen daardoor alle zetels volgend jaar bezet zijn.

Helaas was er voor één van de drie zetels van het ondersteunend personeel (OBP) geen kandidaat vanuit die geleding. De faculteitsraad ervaart dat als een serieus probleem, aangezien de specifieke kennis van het OBP over vele kwesties niet gemist kan worden. Maar de medewerkers in de secretariaten hebben in de praktijk grote moeite tijd te vinden voor de medezeggenschap, al wordt daar op papier wel ruimte voor gemaakt. Frank Jan van Dijk zegde toe op zoek te gaan naar concrete oplossingen voor dit probleem.

De betreffende raadszetel blijft overigens niet leeg. Het wetenschappelijk personeel van het departement Geschiedenis en Kunstgeschiedenis had drie kandidaten voor twee zetels. Deze komen nu alle drie in de raad.

Hopelijk zullen veel van de nieuwe raadsleden op 28 juni de volgende raadsvergadering alvast vanaf de publieke tribune volgen. De zomer klopt dan ongetwijfeld nog nadrukkelijker aan de deur, maar de bespreking van de conceptbegroting die dan op de agenda staat is een van de belangrijkste punten van het jaar.